Woningkwaliteitswijzer overzicht

De draagvloeren

Terug naar overzicht

Algemene info

De vloer is stabiel als hij een sterke structuur heeft. Dat betekent dat elk onderdeel stevig is. Alle onderdelen van de vloer moeten ook stevig met elkaar verbonden zijn. De vloer moet ook stevig aansluiten op de andere dragende onderdelen van het gebouw: de gevel, de dragende binnenmuren, ...

Hoe ziet u dat een vloer niet stabiel is? Let op problemen in de constructie:

  • scheuren;
  • verzakkingen;
  • vervormingen;
  • barsten.

Ziet u één van deze problemen? Dan is er iets mis met de vloer.

Het kan gaan om een structureel, fysisch of biologisch gebrek. Of zelfs een chemisch probleem in de woning.

De structuur moet alle druk op het gebouw overbrengen naar de fundering. Denk aan het eigen gewicht, het gewicht van alle onderdelen, het gebruik. De materialen moeten al die spanningen kunnen dragen. Dat geldt ook voor de verbindingen tussen de vloerelementen: die moeten stevig genoeg zijn om de druk te kunnen opnemen. Ziet u dat twee onderdelen niet goed verbonden zijn? Of dat delen van een vloer doorbuigen? Ook dat wijst op een slechte stabiliteit.

Lees meer over de stabiele draagvloeren Lees minder over de stabiele draagvloeren

Vochtvrije draagvloeren

Vocht veroorzaakt veel schade aan gebouwen:

  • er komt schimmel op de vloer;
  • de vloerbekleding komt los;
  • de structuur van de vloer wordt aangetast;
  • ...

Er zijn veel mogelijke oorzaken van vocht: een lekkende waterleiding, ontbrekende waterdichting tussen vloeren en buitenmuren, ... De gevolgen zijn altijd hetzelfde: het gebouw slijt snel. Daarnaast kan vocht ook heel slecht zijn voor de gezondheid van bewoners. Te veel vocht in de lucht maakt dat u ziek kunt worden.

Er zijn 3 veel voorkomende soorten vochtproblemen in dragende vloeren: doorslaand, condenserend en opstijgend vocht.

Vochtproblemen kunnen fysische, biologische gebreken en gebreken ten gevolge van chemische processen veroorzaken.

Vochtproblemen ontstaan wanneer water binnendringt in de woning. Dat kan zijn door barsten, breuken, scheuren, voegen of poriën van het materiaal. Het kan gaan om regenwater of grondwater. Regenwater sijpelt binnen via het dak of door de muren; grondwater via de kelder.

Een andere oorzaak van vochtproblemen zijn wijzelf, de bewoners. Mensen produceren tussen twee en vijf liter waterdamp per dag. Die waterdamp komt vrij via de longen en de huid. Ook koken en douchen zorgen voor waterdamp in huis. En tot slot veroorzaakt ook de verwarming veel vocht. Bij de verbranding van gas en petroleum komt immers vocht vrij.

Heeft u schade van vocht in uw huis? Wilt u de oorzaak kennen? Dat is niet altijd eenvoudig. Vaak is het een combinatie van factoren. U vindt het probleem en de oorzaak ook niet altijd op dezelfde plek. Vocht zoekt zijn weg zoekt door de elementen van het gebouw.

Bijvoorbeeld: een lek in een waterleiding veroorzaakt waterschade. Wat als de leiding in de vloer zit? Dan ziet u een vochtplek op één specifieke plaats. Maar het lek zit mogelijk ergens anders.

Vocht veroorzaakt ook niet altijd dezelfde schade. Elk materiaal heeft zijn eigen problemen.

Lees meer over vochtproblemen in draagvloeren. Lees minder over vochtproblemen in draagvloeren.

Degelijke afwerking van de vloeren

Ruwe structuren, bouten en schroeven zijn niet alleen gevaarlijk, ze kunnen ook schade veroorzaken, bijvoorbeeld aan meubels. Daarom moet u uw woning goed afwerken. Er is ook veel stof in huis. Door vloeren af te werken, vermijdt u dat stof zich vrij verplaatst. Afgewerkte vloeren zijn ook veiliger voor brand en voor valpartijen.

Hoe bekleedt u de vloer? Best in twee lagen:

eerst:

  • met chape (glad gestreken en niet verder bekleed);
  • met een dekvloer;
  • bijvoorbeeld: chape op geprefabriceerde plaatvloeren, houten planken op een houten rooster (chape kan niet zomaar op een houten vloer omdat hout trilt. Daardoor kan de chape barsten).

En daarop:

  • een soepele vloerbedekking zoals textiel of kunststof;
  • een harde vloerbedekking zoals hout of steen;
  • tegels (op een draagvloer of op volle grond).

Gebruikt u twee verschillende vloerbekledingen in kamers naast elkaar? Zorg dan voor deurlatten.

Gebruik liever duurzame materialen. Die kunnen gerecycleerd worden zonder schadelijke gevolgen voor de natuur.

Lees meer over de afwerking van vloeren Lees minder over de afwerking van vloeren

Vloerisolatie

Goed geïsoleerde vloeren dragen bij aan de energiezuinige woning. Vloerisolatie vermijdt koudebruggen en zorgt - in combinatie met een goede ventilatie - voor een aangenaam binnenklimaat.

Het is de doelstelling dat alle woningen in Vlaanderen tegen 2050 energiezuinig zijn. Meer informatie daarover vind je op energiesparen.be.

Wilt u weten hoe energiezuinig uw woning nu al is? Bekijk het energieprestatiecertificaat (EPC) of laat een EPC opmaken door een energiedeskundige. Voor woningen verkocht of verhuurd vanaf 2009 werd al een EPC opgemaakt. Ook nieuwbouwwoningen vanaf 2006 hebben zo’n EPC. Bouwt u een nieuwe woning? Of renoveert u uw woning met een stedenbouwkundige vergunning? Dan moet u zich houden aan eisen voor energieprestatie en binnenklimaat (EPB-eisen).

Doet u renovatiewerken waarvoor u geen vergunning nodig heeft? Dan probeert u het best de BENOvatiedoelstellingen te halen.